Kenmerken
Eigenschappen
Periode van aantasting
Omschrijving
Fruitmotten herkennen
Je hebt het waarschijnlijk ook al eens meegemaakt : je staat op het punt om in een vers geplukte appel te bijten en je merkt een klein, verdacht gat in de vrucht op : een wormenbeet. Dit is een typisch kenmerk van een fruitmottenplaag. De fruitmot is geen worm, maar de rups van de fruitmot heeft het zich net iets te comfortabel gemaakt in de buurt van je appels…
Ook volgende symptomen kan je bij een aantasting met fruitmotten opmerken :
Bij vruchten die later zijn afgevallen, kan je het aangetaste stuk wegsnijden en het gezonde, onaangetaste vruchtvlees alsnog consumeren. Als de aantasting relatief vroeg opduikt, kan dit een grote negatieve impact hebben op je oogst. De vruchten zullen afvallen nog voor ze volledig ontwikkeld zijn en kunnen dus niet meer worden gebruikt. Bovendien kan een aantasting met de fruitmot kan leiden tot moniliarot.
Wat op het eerste zicht lijkt op een “worm in een appel”, blijkt bij nader inzien een kleine rups te zijn, meer specifiek een larve die bekend staat als de fruitmot (Cydia pomonella).
De larven van de fruitmot
Na het uitkomen zijn de kleine larven slechts twee millimeter lang. Na ruim drie weken zijn de rupsen flink gegroeid en kunnen een lengte van 2 centimeter bereiken. Ook hun uiterlijk is ondertussen veranderd : terwijl de larven van de fruitmot in de beginfase een eerder witte kleur hebben, krijgen ze na verloop een crèmekleur of roze kleur. Na ongeveer drie tot vier weken verpoppen de larven en kort daarna verschijnen de eerste vlinders.
De vlinder van de fruitmot
Ook de vlinders zijn vrij onopvallend : de vleugels kunnen verschillende grijstinten hebben waardoor ze ’s nachts nauwelijks zichtbaar zijn. Zelfs met een lichaamslengte van slechts één centimeter en een spanwijdte van 14 tot 22 millimeter springt de fruitmot niet meteen in het oog. Voor het leggen van de eitjes zijn relatief constante temperaturen van ongeveer 15°C nodig. Als de temperatuur onder de 10°C zakt, zullen de eitjes zich trager ontwikkelen.
De levenscyclus van de fruitmot
De eerste vlinders verschijnen in mei en juni in de schemering. Vooral warme, windstille avonden zijn heel populair bij de uitzwermende vlinders. Na de bevruchting kan de vrouwelijke fruitmot tot wel 60 eitjes leggen, meestal afzonderlijk op jonge vruchten. Daarbij geeft ze de voorkeur aan appel- en perenbomen, maar ook abrikozen, kweeperen, pruimen en walnoten zijn geliefd. Omdat fruitmotten vrij flexibel reageren op de wisselende weersomstandigheden, maken ze het ons moeilijk om te weten wanneer ze precies moeten worden bestreden.
Ongeveer 1 tot 2 weken na het leggen van de eitjes komen de eerste larven uit. Zij zullen appels, peren of abrikozen aantasten. De fruitmaden vreten zich spiraalsgewijs van buitenaf door de schil, steeds verder in de vrucht. Daarbij laten ze bruine uitwerpselen achter in de vraatgang. Een larve kan daarbij meerdere vruchten aantasten. Drie tot vier weken nadat de rupsen zich hebben volgevreten, verlaten ze de vrucht om te verpoppen en om te overwinteren, of om in juni terug als mot te verschijnen. Vooral bij heel warm weer kan een tweede generatie fruitmotten verschijnen in augustus of september. Eens de koelere maanden naderen, zoeken de motten beschutting in de grond of onder de schors van bomen. Daar wachten ze in een cocon op het volgende voorjaar.
In een vogelvriendelijke tuin zal je normaal gezien minder last hebben van fruitmotten omdat de larven een heel geliefd gerecht zijn op de menukaart van de tuinvogels.
Bestrijding
Fruitmotten bestrijden
Worden je fruitbomen geplaagd door fruitmotten? Dan moet je snel handelen en de aangetaste vruchten meteen verwijderen. Zitten er toch al maden in de vruchten, dan gooi je de vruchten best in een gesloten GFT- of restafvalbak in plaats van op de composthoop. Zo voorkom je dat de larven andere gezonde vruchten aantasten.
Je kan preventief vanaf april (uiterlijk half mei) - de periode waarin de fruitmotten normaal gezien terug actief zijn - een vruchtmadenval installeren. Deze lijmvallen werken op basis van feromonen : dit zijn lokstoffen die de mannelijke fruitmotten, die klaar zijn om te paren, aantrekken. Dus in plaats van naar de vrouwelijke motten te vliegen, worden ze in de val gelokt. Daarom vindt er geen paring plaats en worden er dus geen bevruchte eitjes gelegd.
Dergelijke lijmvallen geven je eveneens een goede indicatie van de omvang van de aantasting. Zodra de val vol is, maar uiterlijk na zes weken, gooi je de val gewoon bij het huisvuil en hang je een nieuw exemplaar op. Dit is nodig omdat de lokstof na die periode zijn werking verliest.
Tip : hang de vruchtmadenval bij voorkeur in een boom of een struik die niet wordt bezocht door fruitmotten. Als je de val in een appelboom zou ophangen, zal je de mannelijke vlinders direct lokken naar de plaats waar de val en ook de vrouwtjes zich bevinden. Op deze manier kan bevruchting plaatsvinden voordat de mannelijke fruitmotten worden gevangen.
Fruitmotten kunnen ook met nematoden bestreden worden. Daarbij moet je de stam en de takken behandelen waarop de larven zich terugtrekken om te overwinteren. Als ze correct worden toegepast, zullen de aaltjes de larven van de fruitmot infecteren waardoor ze kort daarna sterven.
Om de besmetting het volgende jaar zoveel mogelijk te beperken, moet je je bomen in het voorjaar inspecteren op overwinterende larven. Deze kan je gemakkelijk van de schors verwijderen.
Uiterlijk in het najaar moet je alle afgevallen vruchten opruimen en in de GFT- of restafvalbak gooien. Het fruit dat nog aan de bomen hangt, moet worden geoogst om te voorkomen dat er “vruchtmummies” ontstaan - zelfs als je niet van plan bent om de vruchten al op te eten. Reden : ongedierte en ziekteverwekkers kunnen zich in deze oude vruchten verschuilen, waardoor de fruitboom het volgende jaar snel terug zal worden aangetast.
Alles over de verzorging van fruitbomen