Welk balkontype ben jij?

Heb je een beeld voor ogen van een romantisch balkon, dat is begroeid met klimplanten en zoet geurende bloesems? Er zijn robuuste rozensoorten die het ook goed doen in kuipen en waarmee je je balkon omtovert in een klein paradijs. Behalve met struikrozen kan je ook met hoogstammige rozen bijzondere accenten plaatsen. Combineer de rozen bij voorkeur met pluimgipskruid (Gypsophila paniculata), schildzaad (Lobularia maritima), diascia en planten uit de IJzerhardfamilie (Verbenaceae). Voor de halfschaduwrijke plekken zijn hortensia's met hun enorme bloesemschermen en fuchsiasoorten die het hele jaar door bloeien ideaal als blikvanger. Als je houdt van zacht en dromerig, kan je je balkonbakken vullen met geraniums, hangpetunia's, vlijtige liesjes, diascia en miniviooltjes. Wil je je nieuwe favoriete plekje onttrekken aan nieuwsgierige blikken of beschermen tegen de zon? Plant dan klimop, klimrozen, Chinese bruidssluier (Fallopia baldschuanica), clematis en welriekende lathyrus/pronkerwt (Lathyrus odoratus). 

Wil je van je balkon een moestuin maken? Geen probleem! Groenten, fruit en kruiden zijn net zo lekker als ze in een kuip staan. Maar niet alleen de lekkere smaak is belangrijk, eetbare gewassen staan ook heel mooi op een balkon. Fruitboompjes in zuilvorm met smalle kroon, hoogstammige bessenstruiken, de felrode stelen van rode bieten, aantrekkelijke perzikbloesems en allerlei kleurrijke vruchten maken van je balkon een echte blikvanger. De populairste balkongroenten zijn tomaat, komkommer, kropsla, paprika en courgette. Maar ook radijsjes en pronkbonen kan je gemakkelijk in potten of bakken telen.
Een balkonkruidentuin is een lust voor het oog en verspreidt heerlijke geuren op het balkon. Voor salie, rozemarijn, tijm, oregano en peterselie kan je zelfs op een piepklein balkonnetje nog wel een plekje vinden, bijvoorbeeld door de potten boven elkaar te plaatsen op een oude trap. Decoratief en praktisch!
Naast groenten en kruiden kan je op je balkon ook fruit telen. Handig daarbij is dat er steeds meer klein groeiende fruitplanten op de markt komen. Zuilvormige appel-, peren-, perzik- en kersenboompjes zijn voorbeelden van fruitsoorten die speciaal zijn gekweekt voor het balkon en de kleine tuin. Fruitboompjes zijn echter niet de meest gemakkelijke planten voor op het balkon. Omdat appel- en perenboompjes vaak niet zelfbevruchtend zijn, heb je voor een goede oogst minstens twee verschillende soorten nodig, die elkaar dan wederzijds kunnen bevruchten.

Met zonaanbidders zoals de oleander, engelentrompet en olijfboom kan je op je balkon een perfecte mediterrane vakantiesfeer creëren. Omdat deze planten niet voldoende bestand tegen vorst zijn, moet je ze in het koude seizoen wel naar een overwinteringsruimte verhuizen. Dat hoeft echter geen nadeel te zijn. De mediterrane kuipplanten zijn 's winters namelijk een welkome aanvulling op je basisinterieur. Op licht beschaduwde delen van je balkon kan je vurig roodbloeiende hibiscus en mediterrane palmen (Trachycarpus fortunei) plaatsen. Met een vijgen-, citroen- of granaatappelboompje verzacht je je heimwee naar verre landen nog meer. Bovendien kan je een deel van de vruchten in de keuken gebruiken. 

Omdat potten, bakken en kuipen op zichzelf staande vaten zijn met een relatief kleine hoeveelheid aarde, moet je voor het planten een potgrond van hoge kwaliteit gebruiken. Let erop dat de potgrond structureel stabiel is, de lucht bij de wortels laat komen en een hoog wateropslagvermogen heeft. Voor een gezonde ontwikkeling van je planten en een rijke bloesemvorming moet je bij het beplanten van je balkonbakken, -potten en -hangmanden rekening houden met de groeikracht van de verschillende planten. Zet ze daarom niet te dicht op elkaar. 

Drie dingen waar je bij het verpotten in bloembakken op moet letten: 

1. Geef de aardekluit als deze nog in de oude pot zit ruim water. Het beste is de pot met kluit en al in een emmer met lauwwarm water onder te dompelen, tot er geen bellen meer omhoog stijgen. Dit maakt het gemakkelijker de aardekluit uit de pot te trekken. Ook zullen de wortels sneller groeien in het nieuwe substraat.
2. Om waterverzadiging te voorkomen, leg je een drainagelaag van potscherven of kiezelsteentjes aan. Daar bovenop leg je een laag potgrond. Plaats de planten met voldoende onderlinge afstand (15 tot 20 cm) in de bak, ook als dat er in het begin kaal uitziet. Bij een goede verzorging groeien deze gaten binnen enkele weken dicht.
3. Vul de open ruimten tussen de planten op met potgrond en druk deze licht aan. Vervolgens begiet je de potgrond, zodat de wortels de aarde snel zullen doorwortelen. Houd de bak echter niet te nat.

Planten die in potten en kuipen staan, kunnen maar beperkt water opslaan. Regelmatig en op de juiste wijze water geven is daarom een van de belangrijkste elementen van de verzorging. Hiervoor geldt: 'less is more'! De meeste planten verdragen geen natte voeten. Om wortelrot te voorkomen, moet je overtollig water dat zich in de onderzetter of buitenpot heeft verzameld weggieten. Geef bij voorkeur 's morgens of 's avonds water. Giet rechtstreeks op de potgrond, om onnodige verdamping te vermijden.